Ouder zijn vraagt veel nieuwe dingen van je. Er zijn geen vaste regels of handleidingen. Ieder kind is anders en je kind verandert ook nog eens de hele tijd. Je moet je steeds opnieuw aanpassen in elke levensfase van je kind. Je wilt geduldig zijn, je inleven in je kind en jezelf kunnen beheersen. Je wilt grenzen stellen maar er ook wel eens van afwijken. Je wilt je kind beschermen en het allemaal goed doen, want je gunt je kind het allerbeste. Dat is nogal wat. Het is dus niet zo raar dat je wel eens onzeker bent of dat je het ouderschap wel eens moeilijk vindt.

Mogelijke oorzaken

Als je een kind hebt, leer je jezelf soms heel anders kennen. Opvoeding is een soort spiegel. Je leert welke zaken jij heel belangrijk vindt. Soms zijn dit dingen die je vanuit je eigen jeugd hebt meegekregen. Dit kunnen ook frustraties zijn, of zelfs jeugdtrauma’s. Een nare jeugd kan invloed hebben op jouw rol als moeder of vader. Soms schrik je als je je eigen ouders in jezelf herkent. Of doe je juist heel erg je best om het anders te doen. Dat kan het soms moeilijk maken.

Praat erover

Alle ouders voelen zich wel eens onzeker en angstig. Dit zijn gevoelens die ouders delen. Het is belangrijk dat je met andere mensen praat over je gevoelens, gedachten en moeilijke situaties. Je kunt elkaars ervaringen gebruiken en elkaar steunen. Als ouders dit doen, voelen ze zich vaak minder eenzaam en stressvol en hebben zij het gevoel de opvoeding beter aan te kunnen.

Het kan ook helpen om tijd vrij te maken voor jezelf, om even te ontspannen en niet te zorgen. Dit heb je soms nodig om jezelf op te laden en je goed te voelen.

Hulp

Onzekerheid hoort erbij, maar als je merkt dat het niet goed gaat met jou of je kind, zoek dan professionele hulp en praat met de jeugdarts of je huisarts.